Vor 64 Jahren, am 13. August 1961, begann das DDR Regime mit ........ Bau der Berliner Mauer.
der Bau: stam van een werkwoord; deze woorden zijn overwegend mannelijk
mit (3e naamval) dem Bau
Berliner wordt met hoofdletter geschreven, net als Schweizer Uhren, Frankfurter Würstchen, Amsterdamer Grachten. Dit geldt voor combinaties van locaties met de uitgang -er en betreft meestal vaste begrippen (eigennamen).
........ Gewalt der radikalen Demonstranten war ........ Gefahr für die Öffentlichkeit und stellte ........ Geduld der Polizei auf eine harte Probe.
het geweld: die Gewalt
het gevaar: die Gefahr
het geduld: die Geduld
Die Gewalt war (koppelwerkwoord) eine Gefahr: tweemaal 1e naamval
die Geduld: hier lijdend voorwerp
(die Geduld) der Polizei: 2e naamval vrouwelijk
Wie gaan er allemaal mee naar de bioscoop?
Wat is FOUT in de Duitse zin?
Wer gehen alles mit ins Kino?
De correcte zin luidt: Wer geht alles mit ins Kino?
Het vraagwoord wer gaat in het Duits samen met een werkwoord in de 3e persoon enkelvoud:
Wer geht, wer kommt? Wer ist dafür/dagegen?
Ook als het om meerdere personen gaat (behalve constructies als 'Wer sind diese Leute ?' Het meervoud wordt benoemd).
Voor de duidelijkheid kun je dan alles (= allemaal) toevoegen.
ins Kino gehen: in + gehen = 4e naamval
Die Reparaturen können durchaus mehrere Wochen dauern.
durchaus: ........
durchaus: zonder meer is dat zo / bevestigend: dat klopt zeker
ook: ohne weiteres / soms: unbedingt / zeker
ruimschoots: reichlich
op zijn minst: mindestens
geschat: geschätzt