8653 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 09-06-2025 (niveau 2)



eerdere test 09 JUN latere test
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 2 hebben de test van 09-06-2025 zo ingevuld:



"Er soll im Lotto gewonnen haben!"

 

            

 

De strekking van deze zin: ........



81 % (afgerond)Men zegt dat hij de lotto gewonnen heeft. 
12 % (afgerond)Hij moet de lotto hebben gewonnen.
6 % (afgerond)Hij beweert dat hij de lotto gewonnen heeft.
1 % (afgerond)Hij wil beslist de lotto winnen.

Het werkwoord sollen heeft meerdere betekenissen.

Onder andere 'een gerucht uiten': "Men zegt dat...".

 

Hij moet de lotto hebben gewonnen: het kan niet anders dan dat hij gewonnen heeft. Hiervoor zou er dus een aanwijzing moeten zijn: "Hij smijt met geld, dus hij zal/moet wel..." 

Een dergelijke aanwijzing staat niet in de zin van de opgave.

Hij beweert: Er behauptet, dus hijzelf zegt het.

Hij wil beslist ...: Er will unbedingt ...


Zie ook de pagina dürfen / müssen / sollen / mögen.



Neben der Lehre ist ........ Wissenschaft wichtig an der Universität.

 



86 % (afgerond)die 
1 % (afgerond)das
11 % (afgerond)der
2 % (afgerond)den

Woorden die eindigen op -schaft zijn altijd vrouwelijk.

Die Wissenschaft (ist wichtig): onderwerp.

 

Naast (wetenschappelijk) onderwijs is de wetenschap (bedoeld wordt wetenschappelijk onderzoek) belangrijk.


Zie ook de pagina geslacht.



Die Kinder spielen auf  ........ Straße vor  ........ Haus. 

 

    



12 % (afgerond)die - das
88 % (afgerond)der - dem 

Auf en vor zijn keuzevoorzetsels: 3e of 4e naamval.

De kinderen bevinden zich spelend op straat (en) voor het huis.

Er is geen sprake van een verandering of richting.

Je kunt vragen 'waar?': dan 3e naamval.

die Straße - auf der Straße 

das Haus - vor dem Haus

 

Vergelijk: ich gehe (beweging: waarheen?) auf die Straße / vor das Haus (doel).

 

 

 

foto: dpa/Jörg Carstensen


Zie ook de pagina met 3e/4e naamval.



Nach dem Wahlsieg dieser Partei stand in einer deutschen Zeitung:

"Im niederländischen Fernsehen sprachen Kommentatoren von einem 'historischen (resultaat) ........ '. "



67 % (afgerond)Ergebnis 
30 % (afgerond)Ereignis
1 % (afgerond)Aufwand
2 % (afgerond)Anstalt

das Ergebnis: resultaat, uitkomst - Das Ergebnis einer Rechenaufgabe.

das Ereignis: de gebeurtenis

der Aufwand: de materiële en/of fysieke inspanning voor een doel

die Anstalt: instelling overheid, onderwijs of zorg


Zie ook de pagina weetwoorden I.



TOTAALRESULTAAT:
81% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß