8778 actieve gebruikers

Inloggen bestaande gebruiker

Aanmelden nieuwe gebruiker

Naar mobiele versie


Antwoorden van 16-05-2025 (niveau 1)



eerdere test 16 MEI geen latere test beschikbaar
(klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)


De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 16-05-2025 zo ingevuld:



Nach dem Fernsehen ........ man durch das blaue Licht nicht so leicht ein.

 



4 % (afgerond)schläfst
1 % (afgerond)schlafe
14 % (afgerond)schlaft
81 % (afgerond)schläft 

Na het tv-kijken valt men / val je niet makkelijk in slaap.

Sterk werkwoord, de -a- verandert in -ä-:

ich schlafe

du schläfst

er, sie, es, man schläft

ihr schlaft.

 

In het Duits gebruik je voor algemene uitspraken altijd man. Bij du zou je gesprekspartner zich persoonlijk aangesproken voelen en dat kan verkeerd overkomen.


Zie ook de pagina sterk.



Auf der Sitzung der Schulkommission:

"Wir kommen nun ........ der Tagesordnung." 

 

    



4 % (afgerond)zu das nächste Punkt
3 % (afgerond)bei den nächste Punkt
7 % (afgerond)bei dem nächsten Punkt
86 % (afgerond)zum nächsten Punkt 

der Punkt: in het Duits alleen mannelijk voor het leesteken en bijvoorbeeld plek en tijdstip

zu dem Punkt kommen: 3e naamval

 

Wir sind beim dritten Punkt (angekommen).

Werkwoord punkten: scoren.

Die Tagesordnung: agenda van een vergadering e.d.

Die Agenda: alleen gebruikelijk voor beleidsplannen, bijvoorbeeld 'die Agenda 2030 für nachhaltige Entwicklung' (beleid m.b.t. duurzaamheid).


Zie ook de pagina Links.



Die Eltern schenken ........ eine kleine Reise für ........ bestandene Prüfung (voor het slagen bij het examen).

 

    



17 % (afgerond)ihm - den
5 % (afgerond)ihn - den
9 % (afgerond)ihn - die
70 % (afgerond)ihm - die 

Net als bij geven kan het woord aan worden ingevoegd: Ik geef/schenk iets aan hem, dus meewerkend voorwerp, 3e naamval.

die Eltern: onderwerp

die/eine Reise = 1e en 4e naamval, hier lijdend voorwerp

 

In zinnen met deze constructie is de persoon (naast het onderwerp) vrijwel altijd het meewerkend voorwerp (3e naamval) en het 'ding' (hier de reis) is het lijdend voorwerp (4e naamval). 

die Prüfung - für (4e) die Prüfung


Zie ook de pagina persoonlijk vnw..



Vor einem Monat bekam ich einen Job in einer anderen Stadt und deshalb bin ich (verhuisd) ........ .

 

   



10 % (afgerond)verziehen
6 % (afgerond)umgeziehen
84 % (afgerond)umgezogen 

verhuizen: umziehen - zog um - ist umgezogen

der Umzug: de verhuizing

 

verziehen:

1 uit zijn vorm trekken

Das neue T-Shirt war nach dem Waschen ganz verzogen.

2 'oververwennen' tijdens de opvoeding: ein verzogenes Kind

ein ungezogenes Kind = ein freches Kind: brutaal, stout

3 ambtelijke taal voor verhuizen


Zie ook de pagina Woordenschat, thematisch.



TOTAALRESULTAAT:
80% goed

Uitleg van de kleuren en symbolen:
GOED GEKOZENhet juiste antwoord (door jou gekozen)
FOUT GEKOZENeen fout antwoord (door jou gekozen)





Beter Spellen Beter Rekenen NU Beter Engels NU Beter Duits NU Beter Frans NU Beter Spaans Beter Bijbel

© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties

opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß