9741 actieve gebruikers Inloggen bestaande gebruiker Aanmelden nieuwe gebruiker Naar mobiele versie |
||
Ich zeige ........ den Weg, bitte folgen Sie ........ .
aan iemand iets laten zien = zeigen + 3e naamval: ich zeige dir/Ihnen (meewerkend voorwerp)
folgen + vaste 3e naamval: Ich folge dir/Ihnen/dem Auto.
Die Geburt der Zwillinge war ein freudiges (gebeurtenis) ........ .
das Ereignis: gebeurtenis
das Ergebnis: resultaat
die Ergänzung: toevoeging
das Erzeugnis [ertsuignis]: product
Woorden met de uitgang -nis zijn overwegend onzijdig.
die Zwillinge (in het Duits altijd meervoudsvorm): tweeling
der/ein Zwilling: een van de tweeling
Welke regel klopt?
"99 Luftballons auf ihrem Weg zum Horizont ...":
auf ihrem Weg moet ........
Voorzetsel auf: 3e of 4e naamval.
De ballonnen bewegen weliswaar maar veranderen niet van plek ten opzichte van iets anders: Ze zijn op weg.
De controlevraag luidt dus: waar zijn de ballonnen?
Zum Horizont is een bestemming, maar de zinsnede heeft grammaticaal niets te maken met auf ihrem Weg. De 3e naamval is hier afhankelijk van zu.
Evenzo bijvoorbeeld: hinterher laufen. Die Organistion läuft der Zukunft (3e naamval) hinterher. M.a.w.: blijft achter bij de ontwikkelingen.
De loper blijft steeds achter degene/hetgeen waar hij/zij achteraan loopt.
Das sieht dir mal wieder ähnlich!
ähnlich sehen: lijken op
Als vaste uitdrukking met 'mal wieder': dit past bij jouw persoonlijkheid (gedrag/houding) / dat is typisch voor wat jij (gewoonlijk) doet/zegt.
Dat lijkt op jou: slaat op een 'iets' dat uiterlijk lijkt op de persoon.
Das Smiley sieht (so ähnlich) aus wie du / sieht dir ähnlich.
Dat is net als / zoals jij: das ist genauso wie du.
Je lijkt op haar/hem: du siehst ihr/ihm (3e naamval) ähnlich.
Het werkwoord ähneln (lijken op) combineert met de 3e naamval: sie ähneln sich wie ein Ei dem andern; sie ähnelt ihrem Bruder.
© 2014 - NU Beter Duits is een initiatief van Martin van Toll Producties opgericht in samenwerking met Deutsch macht Spaß |